Allergenie wijzer 2. De reactie: elk lichaam is anders
Het lastige (en soms frustrerende) aan voedselallergieën? Er is geen standaard reactie. Waar het ene kind direct na een hapje een dikke lip of galbulten krijgt, kan het bij een ander uren duren voordat er iets gebeurt zoals buikpijn, overgeven of extreme vermoeidheid.
Soms is de reactie duidelijk en zichtbaar: je kind krijgt jeuk, vlekken, zwellingen of begint ineens te hoesten of piepen. Maar er zijn ook meer ‘verborgen’ signalen: buikpijn na elke maaltijd, steeds opnieuw eczeem, of een peuter die ineens geen zin meer heeft om te eten. Het kan allemaal wijzen op een allergie.
En dan is er ook nog de heftigheid: de ene keer gaat het om wat uitslag, de andere keer ontstaat er een levensbedreigende anafylactische reactie waarbij meerdere organen betrokken zijn, en er razendsnel gehandeld moet worden. Daarom is het zo belangrijk om signalen serieus te nemen, zelfs als ze mild lijken.
Het is dus niet altijd logisch of voorspelbaar. Een kind kan maandenlang iets zonder problemen eten, en ineens tóch reageren. Dat is geen verbeelding of overbezorgdheid dat is de grilligheid van het immuunsysteem.
Daarom is het zo belangrijk om goed te observeren, patronen bij te houden en hulp te zoeken bij een allergoloog. Want hoe beter je weet hoe jouw kind reageert, hoe beter je kunt voorkomen dat het misgaat.
1. De hoeveelheid van het allergeen
Een kruimeltje pinda is iets anders dan een hele boterham met pindakaas. Bij sommige kinderen is een spoortje al genoeg om een heftige reactie op te wekken, terwijl anderen pas reageren bij grotere hoeveelheden. Dit verschilt per kind én per allergeen.
2. De manier van bereiden
Soms verandert een allergeen als je het kookt of bakt. Bijvoorbeeld: sommige kinderen met een ei-allergie kunnen wél een goed doorbakken cakeje eten, maar geen roerei. Dat komt omdat het eiwit dan verandert door de verhitting en het lichaam het minder ‘gevaarlijk’ vindt.
3. De combinatie met andere factoren
Een kind kan gevoeliger reageren als het:
• ziek is (bijv. bij koorts of verkoudheid)
• net gesport heeft
• emotioneel of moe is
• allergisch is voor pollen (kruisreacties kunnen dan sterker zijn)
Soms noemen we dit een ‘verlaagde drempel’ het lichaam is dan al een beetje in alarmstand, en reageert sneller en heftiger.
4. Het soort contact
De manier waarop je kind in contact komt met het allergeen maakt ook uit:
• Innemen (slikken): vaak het heftigst.
• Contact met de huid: meestal milder, maar kan wel leiden tot uitslag of zwelling.
• Inademen (bijv. stoom van melk of pinda): kan bij gevoelige kinderen benauwdheid geven.
5. Leeftijd en ontwikkeling
Sommige allergieën kunnen in de loop der jaren veranderen. Een kind dat als peuter heftig reageerde op melk, kan op latere leeftijd minder gevoelig zijn of juist gevoeliger. Daarom blijven testen en regelmatig overleg met een arts belangrijk.